Merkwaardige lichtwaarnemingen

Waarneming: Gekleurde nevel boven sneeuwdek
Kuitaart , 30 januari 2003, A. van Damme

Het sneeuwde van 15.00 tot 16.40 uur. In totaal viel er 8 centimeter uit deze bui. Nadat het had gesneeuwd nam de wind even fel toe tot een beaufort of 5, 6. Er kwam stuifsneeuw vrij en net boven het sneeuwdek werd het nevelig. Dit duurde ongeveer 15 minuten. Deze nevel kreeg ineens alle kleuren van de regenboog. De kleuren die het meeste voorkwamen waren rood, geel en groen. Het was net noorderlicht maar het was net boven het sneeuwdek.

Dit zijn waarschijnlijk haloverschijnselen in diamond dust (ijskristallen) geweest.
Die komen vaak voor in sneeuwgebieden, zoals het hoge noorden, Alaska (USA) enzo. Het zijn halo's zoals ook rondom de zon te zien zijn, maar hier zijn de ijskristallen heel dichtbij. De nevel die gezien werd is die zogenaamde "diamond dust" (diamantstof; wegens de glinstering in
de zon).
In Nederland is dit fenomeen vrij zeldzaam. De halo die werd gezien zou een deel van de 22 graden of 46 graden kring kunnen zijn geweest. Het waaide, dus de ijskristallen waren waarschijnlijk turbulent en zonder orientatie, en dat geeft aanleiding tot cirkelvormige halos
zoals de 22 en 46.
Harald Edens

 

Merkwaardige zonnestraalWaarneming: afwijkende "zonnestraal"
South Baldy , 6 augustus 2000, Harald Edens

Rond 16:50 uur zag ik in het westen, waar de zon op circa 30 graden hoogte stond, uitgebreide zonnestralen. Deze schenen tot onder de horizon en op de woestijnvlakte ver beneden. Dwars door deze stralen ging een lichtbundel, net als een andere zonnestraal, zowat dwars op de eigenlijke zonnestralen.

Het verschijnsel bleef gedurende circa 20 minuten zichtbaar en verbleekte langzaam naarmate de cumuluswolken langstrokken. Ik dacht aan valstrepen, maar welke valstrepen gaan zo schuin met de horizon dat ze een hoek van circa 30 graden daarmee maken? Bovendien waren de lichtbundels zeer recht. Rechts ervan waren valstrepen uit een bui te zien en deze waren nogal kronkelig. Het enige dat ik kan bedenken is dat het op de een of andere wijze secundaire zonnestralen waren, wegens een (erg fel) beschenen wolk ergens achter. Ik heb zo'n wolk niet gezien. Er waren geen bijzonnen of andere secundaire lichtbonnen, ook geen spiegelende vlaktes.

 

Waarneming: rechthoekig vlek na onweersbui.
Roanoke (Virginia), Susan C
In de vroege jaren tachtig zagen mijn vader en ik iets wat tot op de dag van heden nog niet verklaard is voor mij. Na een zware onweersbui in Roanoke (Virginia), klaarde het snel op. Buiten zagen we een rode rechthoekige vlek in de lucht. Deze bewoog niet en was doorzichtig.

 

Waarneming: De halo van Kern - een volledig ronde circumzenitale boog
Charlotte Mantey; April 1952; tussen 16:45-17:00 lokale tijd; Cleveland, Ohio, USA

Charlotte en haar dochter zagen in de namiddag, toen de zon ca. 20 graden hoog stond, een gekleurde boog rondom het zenit, die volledig rond was. De boog werd beschreven als vergelijkbaar met de regenboog voor wat betreft kleuring, maar de kleurbanden iets smaller. De boog was iets kleurrijker en sterker aan de zon-kant van het zenit. De boog werd voor een paar minuten waargenomen, waarna hij langzaam verbleekte. De lucht was uniform grijs. De boog had een radius van ongeveer 20 graden. Er is geen melding gemaakt van andere halo's, en er zijn geen foto's genomen.

 

Dit is vermoedelijk Kern's halo geweest - een halo waarvan geen foto's bestaan en waarvan het bestaan door sommigen in twijfel wordt getrokken. De halo is extreem zeldzaam. Kern's halo ziet eruit als de algemene circumzenitale boog, maar dan volledig rond om het zenit, dus niet alleen zichtbaar aan de kant van de zon.

De boog zou verklaard kunnen worden door breking van licht in horizontaal zwevende plaatvormige ijskristallen, die relatief erg dik zijn, of (bijna)driehoekige plaatkristallen. Maar het is de vraag of dikke plaatkristallen wel horizontaal kunnen zweven, of dat driehoekige kristallen in grote getalen voor kunnen komen.

Computersimulaties hebben moeite met het simuleren van Kern's halo, maar de radius van de waargenomen boog lijkt consistent met de opgegeven zonshoogte. De waarnemingstijd moet wintertijd geweest zijn.
Harald Edens

 

13-02-2013 | Achtergrond_A_Z | 303
© 2024 Vereniging voor Weerkunde en Klimatologie